Wat willen we bereiken?
Gemeente Oss helpt haar inwoners, bedrijven en organisaties bij de energietransitie. Dat doen we door te zorgen voor goede informatie en ondersteuning en door samen te werken met onze partners aan duurzame bronnen en energiesystemen zodat iedereen ook kán omschakelen.
Gebouwde omgeving
We zetten in op het verduurzamen van woningen. Het 'no-regret-perspectief' blijft leidend: we helpen met energie besparen wat helpt om de maandelijkse energiekosten te drukken. Dit betekent ook dat we verder gaan met het uitvoeren van het Nationaal Isolatie Programma (NIP). Hierdoor gaan we in Oss, naast adviezen, ook daadwerkelijk aan de slag gaan met het isoleren van woningen. Hiermee stimuleren we huiseigenaren hun woning zo ver mogelijk aardgasvrij-voorbereid te maken. De middelen voor energie-armoede die door het rijk beschikbaar gesteld worden, zijn verlengd tot en met 2027. We nemen deze middelen mee in onze aanpak Meerjarig collectief ontzorgen (MCO-aanpak) zodat deze doelgroep geholpen wordt met duurzame oplossingen. Daarnaast continueren we onze inzet op het soortenmanagementplan (SMP) door, zodat we ook op middellange termijn door kunnen gaan met isoleren.
Tot slot ontwikkelen we onze energie advies- en loketfunctie door, op basis van de evaluatie van het loket in 2025 en de aanstaande wettelijke verplichtingen van het 'het energiehuis'.
Duurzame energieopwek en energiesystemen
In de gemeente hebben we twee grote windprojecten die uitvoering geven aan onze doelstelling voor duurzame elektriciteitsopwekking. Dat zijn de Duurzame Polder en Elzenburg-de Geer. Voor de Duurzame Polder verwachten we dat initiatiefnemers zich melden met een vergunningaanvraag, nu het voorkeurs alternatief is vastgesteld. Deze nemen we in behandeling. Het windpark Elzenburg-de Geer kan na de uitspraak van de Raad van State doorgang vinden. Door de lange behandelperiode bij de Raad van State kost de doorstart van het project extra tijd. De verwachting is dat de turbines in 2026 gerealiseerd zijn en gaan draaien. Daarnaast gaan we aan de slag met het opstellen van een plan van aanpak om van het windpark te komen tot een energiepark conform de daartoe ingediende motie uit 2017.
In de Kadernota Energietransitie staat een lokale uitwerking van het Nationaal Plan Energiesysteem, in de vorm van lokale randvoorwaarden voor ruimtelijke ontwikkelingen. Hoe die toegepast moeten worden is maatwerk. Dat betekent dat we capaciteit leveren voor grote(re) gebiedsontwikkelingen om energie aan de voorkant goed mee te nemen. We voorzien dit bij gebiedsontwikkelingen van de Spoorzone, Amsteleind, Euterpepark, Schadewijk en Ravenstein. Daarbij kijken we naast de nieuwbouw ook naar het bredere gebied waarin deze ontwikkelingen plaatsvinden. In positieve zin kan het dan een katalysator zijn voor de vormgeving van het energiesysteem voor een groter gebied.
Bedrijven blijven we stimuleren en ondersteunen met een energieloket. Ook zetten we door op het project Grote Oogst, waarbij we voor Moleneind samen met de bedrijven en provincie stappen zetten op het gebied van energie, klimaat en duurzaamheid. In 2026 willen we ook op andere bedrijventerreinen hier aandacht aan geven, afhankelijk van al dan niet subsidies die toegekend worden. We denken dan aan verbreding van de aanpak Grote Oogst en energyhubs.
Netcongestie raakt een groot aantal activiteiten in het ruimtelijk en economisch domein. Om netcongestie in de toekomst te verminderen zal het elektriciteitsnet uitgebreid worden op hoogspannings-, middenspannings- en laagspanningsniveau. Dit is een taak van de netbeheerders TenneT en Enexis. De gemeente is nodig om passende locaties te en tracés te vinden en medewerking te verlenen aan de ruimtelijke procedures. We gaan ook aan de slag om de lokale knelpunten nader in beeld te krijgen en oplossingen te verkennen. Wanneer dit om investeringen vraagt, zal dit aan de raad worden voorgelegd.
Strategie, beleid en samenwerking
In 2024 is de Kadernota Energietransitie door de gemeenteraad vastgesteld. Deze kadernota biedt duidelijkheid over onze opgave voor Energie voor 2050. Door verantwoordelijkheid te nemen voor onze eigen opgave dragen we bij aan de onafhankelijkheid van Nederland in de energievoorziening. Hoe we aan die opgave gaan voldoen werken we uit in ons Programmaplan 2026-2035.
Vanuit het Klimaatakkoord hebben gemeenten de verantwoordelijkheid gekregen om te sturen op het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving. Wat de alternatieven in Oss zijn en in welke gebieden we de komende tien jaar aan de slag gaan, komt terug in het Warmteprogramma. Zoals in de aanpak Warmteprogramma is vastgesteld, gaat deze voor wensen en bedenkingen naar de gemeenteraad, voordat het college het Warmteprogramma eind 2026 vaststelt. We starten ook een verkenning naar onze gemeentelijke rol bij warmtenetten. In 2026 zullen we onze eerste bevindingen met de raad gaan bespreken. We zullen eind 2025 ons beleid voor burgerinitiatieven evalueren. Indien nodig passen we dit aan en informeren wij u daar over.
We werken als gemeente Oss in verschillende verbanden samen zoals de RES en B7. De regionale Energiesysteemverkenning (ESV) is in 2025 door de Energietafel van de RES vastgesteld. Dit geeft een nieuwe kijk op de Energietransitie, waarin de RES niet alleen meer gaat over opwek, maar er meer integraal wordt gekeken naar het Energiesysteem en de daarvoor benodigde infrastructuur. De rol van opslag en conversie zullen in deze context ook nader in beeld gebracht worden. Daarnaast is er verder gewerkt aan de nieuwe samenwerkingsstructuur 2030-2050, die beter aansluit bij deze Energiesysteemverkenning. Samenwerking met de RES blijft ook in de toekomst belangrijk omdat steeds duidelijker wordt dat energie en energiesystemen samenhangen met elkaar en altijd onderliggende of bovenliggende afhankelijkheden kennen. Vanuit een sterk opererende RES kunnen die belangen beter vertegenwoordigd worden.
Naast samenwerking in de regio, trekken we ook steeds meer op met de gemeenten uit Brabantstad/de B7, onder andere in de verkenning naar Geothermie en de ontwikkeling van het Warmteprogramma. In 2026 continueren we dit en zoeken we naar meer kansen om van de andere B7-gemeenten te leren en samen op te trekken.
We blijven de CO2-prestatieladder hanteren om onze eigen CO2-uitstoot te monitoren en reduceren. We zetten in op reductie van CO2 met onder andere de verduurzamingsagenda gemeentelijk vastgoed en het verder elektrificeren van ons eigen en ingehuurd materieel. Daarbij is van belang dat er voldoende laadpunten zijn. In de praktijk blijkt dat er bij opdrachtnemers onvoldoende bekendheid is waar laadvoorzieningen zijn. Daarom houden we twee pilots voor een inventarisatie van beschikbare laadpunten. Na pilots hoeden we een evaluatie van de laadscans. Middels energiescans maken we inzichtelijk wat de benodigde vermogens, kosten en baten van zero emissiematerieel zijn bij werkzaamheden in de openbare ruimte. Zo zijn we beter voorbereid op landelijke minimumeisen voor emissieloos bouwen en de emissiereductieplicht voor 2028 en 2030.
We werken aan de volgende doelstelling(en):
- 11% energiebesparing in 2030 en 21% besparing op de warmtevraag in 2050 ten opzichte van 2017;
- Grootschalige duurzame opwek van energie: 1,008 PJ duurzame energie in 2030 en tussen de 1,994 PJ en 2,503 PJ duurzame elektriciteitsopwekking in 2050 (afhankelijk van de elektrificatie van de warmtevraag);
- Volledig energieneutraal in 2050 − De gebouwde omgeving is in 2050 aardgasvrij.
- Gemeente Oss richt zich met het inzetten van de CO2-prestatieladder op het behalen van niveau 3.
Wat gaan we hiervoor doen?
Activiteit | Wanneer gereed (kwartaal/jaar)? |
---|---|
Gebouwde omgeving | |
| continu |
| continu |
| Q3/2026 |
| continu |
| continu |
Duurzame opwek en energiesystemen | |
| continu |
| Q4/2026 |
| Q2/2026 |
| continu |
| continu |
| continu |
| Q2/2026 |
| continu |
| Q1/2026 |
| |
Strategie, beleid en samenwerking | |
| continu |
| Q4/2026 |
| Q3/2026 |
| continu |
| continu |